Verbonden Léven

Mt.8,28-34 (30/6/2021)

Jezus kwam aan de overkant, in het gebied van de Gadarenen. [Gadara is 1 van de 10 steden van Dekapolis, helleens, niet-Joods] Uit de grafspelonken kwamen twee bezetenen op hem af. Ze waren zeer woest, zodat niemand sterk genoeg was om langs die weg te gaan.
Kijk! Ze krijsten: “Wat is er tussen ons en jou, Jezus, zoon van God? Ben je hier gekomen om ons te kwellen vóór de juiste tijd?” Een eind verderop was een grote kudde varkens aan het grazen. De demonen smeekten hem: “Als je ons verdrijft, sta ons dan toe in die kudde varkens te trekken.”
Hij zei hen: “Ga heen.” Zij trokken weg [uit die mensen] en namen hun intrek in de kudde varkens. En kijk, de hele kudde stortte zich vanaf de helling in het meer en ze verdronken.
Degenen die de varkens aan het hoeden waren, vluchtten weg naar de stad en berichtten over wat er met de bezetenen gebeurde. Kijk! Heel de stad liep naar buiten voor een ontmoeting met Jezus. Maar toen ze hem zagen, smeekten ze hem dat hij uit hun gebied zou weggaan.

Mensen zijn bang van ‘wie een beetje raar doet’. (Onze woordenschat daarover verschilt met die uit Jezus’ tijd, ons gedrag niet.)
Jezus niet.
Mensen zijn zelfs bang van wie niet bang is. (Als je dat niet zou geloven: herlees het Evangelie (v.34) én kijk om je heen!) Veel liever houden we het bij het oude vertrouwde, zelfs als dat lastige kanten heeft en ‘omwegen’ van ons vraagt. We leggen ons liever in een verkrampte bocht, dan dat we onbevangen iets nieuws toelaten.
Jezus’ bevrijdende boodschap (= Evangelie, eu-angellion) gaat juist híerom: Laat nu toch eindelijk eens je vastgeroeste zienswijzen los! Kijk anders, gedraag je anders, en de wereld zal er anders uitzien!
Het ‘bevrijdende’ zit hem er niet in dat er plots iets of iemand zou komen die alle problemen oplost in onze plaats, maar wel dat wij de Jezus-durf in ons werkzaam laten zijn om het leven (en dat omhelst áltijd ‘gewone’ en ‘rare’ dingen) zonder angst tegemoet te treden – en dat zal alles anders maken.