Verbonden Léven

Mt.5,13-16 (8/06/2021)

(Tussen 7 en 24 juni hebben we een continue lezing van de Bergrede. Meer dan de moeite waard om wat extra aandacht aan te besteden. In deze rubriek vind je zoals gewoonlijk een duiding bij het stukje lezing dat voorzien is voor deze dag. Ter oriëntering schreven we er ook een inleiding bij over het geheel. Die vind je onder deze link.) 

 “Jullie zijn het zout van de aarde. Maar als het zout verdwaasd raakt, waarmee kan het dan weer zout worden? Voor niets heeft het nog kracht, alleen om weggeworpen te worden en door de mensen vertrapt.”
Jullie zijn het licht van de wereld. Een stad kan niet verborgen zijn als ze boven op een berg ligt. Men steekt ook geen lamp aan om ze onder een emmer te zetten, maar men zet haar op een kandelaar zodat ze schijnt voor alle mensen in huis.
Zo moet ook jullie licht stralen voor de mensen, opdat ze bij jullie de goede werken zien en jullie Vader in de hemelen grootmaken.”

De Bergrede laat er geen misverstand over bestaan. Er is maar één doel van al deze ‘richtingwijzers’: ‘zout’ en ‘licht’ zijn, “opdat ze de goede werken zíen, en jullie Vader grootmaken”.
Die beelden zijn zeer raak gekozen! Zout moet zó aanwezig zijn in een maaltijd, dat het de mááltijd tot z’n recht laat komen. Als het, door té af- of aanwezigheid, de aandacht op zichzelf trekt, zit het niet goed. Licht dient niet om náár te kijken, maar om ándere dingen zichtbaar te maken.
Als Christen dragen wij dus eigenlijk een grote verantwoordelijkheid voor het welzijn van onze mede-mensen en van onze wereld! Er wordt ons iets gegeven, niet om onszelf in te vermeien, maar ten bate van de wereld.
Komen wij daarmee naar buiten? Laten wij zien/ervaren wat voor Go(e)ds wij te bieden hebben (niet in eigen naam dus)? Het is valse bescheidenheid als wij dat Licht onder een emmer zetten! En moet het ons dan verbazen hoe in onze tijd christendom als irrelevant aan de kant wordt geschoven? Misschien zijn wíj wel de smaak van ons zout verloren?