Verbonden Léven

Mc.8,34 – 9,1 (18/02/2022)

Nu riep hij zijn leerlingen en de grotere kring bij zich en zei hen: “Wie de bedoeling heeft achter mij aan te komen, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen, en mij volgen.
Want wie zijn leven wil redden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij en de bevrijdende boodschap [euangellion], die zal het redden.
Want wat helpt het een mens de hele wereld te winnen, als hij zijn leven er mee verspeelt? Of wat kan een mens geven in ruil voor zijn leven?
Wie zich bij deze overspelige en zondige generatie schaamt over mij en mijn woorden, over hem zal ook de mensenzoon zich schamen wanneer hij komt in de grootheid van zijn Vader
met de heilige engelen.
En hij zei tegen hen: “Amen, ik zeg jullie: Sommige van de hier aanwezigen zullen de dood niet proeven voordat zij het koningschap van God hebben zien komen in kracht.”

Wie Jezus wil volgen, moet zichzelf verloochenen. Dat wordt een lastige, want zelfverloochening roept in onze tijd al gauw argwaan op. Spontaan denkt men daarbij aan zichzelf onderuit halen, of vernederen. Maar gaat het hier niet veeleer over zichzelf durven loslaten, zich durven overgeven of verliezen aan de ander?
Zichzelf verloochenen betekent dan, zich niet krampachtig vastklampen aan zichzelf, zich niet afsluiten van de wereld, maar uit zichzelf treden naar de ander toe, zich verbinden en engageren. Blijf dus niet op jezelf staan en ga uit naar die ander.
Dat is ook de beweging die Jezus steeds opnieuw maakt naar mensen. Dat is hoe hij G-ds liefde – de kracht van de verbinding – duidelijk maakt en voorleeft, en waaraan hij tot op het bittere einde – en daaraan voorbij – vasthoudt. Is dat ook niet wat G-d zelf in Jezus doet, uit zichzelf treden en zich op leven en dood aan mensen verbinden?
Zou vanuit dat oogpunt ook vandaag de dag ‘zelfverloochening’ niet opnieuw gewaardeerd kunnen worden, nl. als jezelf durven verliezen aan het Léven en zo het Léven weten te behouden.