Verbonden Léven

Lc.10,1-12 (1/10/2020)

Hierna stelde de heer nog tweeënzeventig anderen aan.
Hij zond hen twee aan twee voor zich uit naar elke stad en plek waar hij zelf wilde komen.
Hij zei hen: “De oogst is wel overvloedig, maar arbeiders zijn er weinig.
Vraag daarom aan de heer van de oogst dat hij arbeiders uitstuurt voor zijn oogst.
Ga, maar let op! Ik zend jullie als lammeren midden de wolven.
Belaad je niet met een geldbuidel, met een reiszak, noch met sandalen.
Groet niemand [uitgebreid] langs de weg.
In welk huis je ook onderdak krijgt, zeg eerst en vooral: “Vrede aan dit huis!”
Als daar een zoon van de vrede woont, dan zal jullie vrede op hem rusten.
Zoniet, laat ze dan op jullie terugkeren.
Blijf in hetzelfde huis, eet en drink wat er is, want de arbeider is zijn loon waard.
Verleg je niet van het ene huis naar het andere.
In iedere stad die jullie binnengaan en waar je ontvangen wordt:
Eet wat jullie wordt voorgezet, heel haar zieken en verkondig allen:
“Het koninkrijk van God is jullie genaderd.”
In iedere stad die jullie binnengaan en waar je niet ontvangen wordt:
Ga weg en roep op haar pleinen: “Zelfs het stof uit jullie stad dat aan ons kleeft,
vegen wij van ons af, als getuigenis tegen jullie, maar weet niettemin:
het koninkrijk van God is jullie genaderd.”
Ik zeg jullie: “Voor [de iconisch verdoemde stad] Sodom zal het op die dag draaglijker zijn dan voor die stad.”

Zo was het dus al in Jezus’ tijd zelf, dat de ‘oogst groot en de arbeiders klein in aantal’ waren!
Laat ons dus ophouden daarover te klagen vandaag! Het mag ons alleen uitdagen:
1° te bidden om ‘arbeiders’ en 2° te ZIEN dat die oogst zo groot is!
Bij dat laatste lijkt het er op onze dagen wel eens op dat het vaak níet gezien wordt.
Bemerk dat Jezus geen af te meten criteria meegeeft waaraan ze de oogst zouden moeten herkennen.
Bovendien worden ze gestuurd naar gebied waar Jezus nog níet kwam. En toch gaat Jezus uit van een grote oogst!
Hoe zullen we dan die oogst herkennen?
Door zelf ‘lam van G-d’ te worden, dat midden het tumult van de volken de broze stem van G-ds koninkrijk laat klinken.
Door ‘vrij’ te worden. Vrij van alle ballast die ons op onszelf terugplooit.
Door ‘zoon van de vrede’ te worden – en zo alle bijdragen aan de vrede te herkennen, uit welke hoek die dan ook komen.
Het koninkrijk van G-d is hoe dan ook tot ons genaderd … maar zullen wij het herkennen?