Verbonden Léven

Psalmen4

Psalm 33

 Kunstwerk als verwerking van de Psalm gemaakt door Elly Mondelaers

Psalm 33

Jubel, rechtvaardigen, voor de Heer,
loof Hem, speel op de tiensnarige harp;
zing voor Hem een nieuw lied,
een lied vol vreugde en jubel.

Rechtvaardig is immers het Woord van de Heer
en al wat Hij doet is betrouwbaar.
Rechtvaardigheid heeft Hij lief
en zijn Genade vervult de aarde.

Door het Woord van de Heer werd de hemel gemaakt,
door de Adem van zijn mond heel het sterrenleger.
Hij brengt het water van de zeeën bijeen,
damt de diepten in tot schatkamers.

Laat heel de aarde ontzag hebben voor de Heer,
alle inwoners van de wereld Hem vrezen.
Want Hij sprak en het was;
Hij gebood en het ontstond.

De Heer doet de plannen van naties teniet,
verijdelt wat volken beramen,
maar het plan van de Heer staat tot altijd,
wat Hij beraamt geldt voor alle generaties.

Gezegend het volk dat de Heer heeft als God;
zijn aandacht gaat naar de kinderen van de mens.
Hij die het hart van allen vormde,
onderscheidt al wat ze doen.

Een koning wint niet door een groot leer;
op paardenkracht moet hi niet rekenen;
het oog van de Heer rust op wie op Hem hoopt,
zijn trouw zal hem redden uit alle nood.

Onze ziel hoopt op de Heer, onze hulp.
Ja, in Hem jubelt ons hart!
Heer, laat jouw Genade dan rusten op ons,
zoals onze hoop rust op Jou!

 

(Gezongen door zusters van de St.-Trudoabdij, met citerbegeleiding)

Psalm 33 – aanzet

Aangezien ‘deze peuter’ toch nog maar slapjes op z’n beentjes staat (😉), is een verhuis toch behoorlijk lastig. De boeken die ik gebruikte voor de Psalmvertaling zitten trouwens al ergens ingepakt. Ik zal dit aanzet-commentaar noodgedwongen dus wat kort moeten houden.
Tussen alles door heb ik onze Psalm 33 wel elke dag gebeden. Dat is op zichzelf al iets: elke dag, elke situatie, elke (hectische of lege) context werpt weer een ander licht op zo’n Psalm!
Natuurlijk was ik blij dat we nu toevallig een jubelpsalm hadden, omwille van Pasen én omwille van onze – éindelijk – verhuis. Maar zoals we ondertussen wel weten, zijn onze persoonlijke omstandigheden niet zomaar bepalend voor een Psalm. Soms zal ik ze op hetzelfde moment beleven, soms ook niet; maar dan weet ik wel dat de bezongen ervaringen bestáán en dat andere mensen ze op dit moment wél beleven. Dat mag allemaal opgenomen worden in die ene Psalm …
Een jubellied dus. Hier en daar is het merkbaar in de Psalmen, maar hier heel duidelijk: de Psalmen zijn eigenlijk liederen – Liederen ten Léven. Ze werden gezongen, vaak in groep bij liturgische feesten, en werden begeleid met snaarinstrumenten (de lier, de citer of de tiensnarige harp; andere instrumenten konden ook wel (zie o.a. Psalm 150), maar waren extra’s). Heb jij ze al eens gezongen? Als je niet aan die noten uit kunt, kun je op de website een opname horen – met citer! Of je mag ook gewoon uit jezelf een melodie laten klinken! Net bij een jubellied mag het opborrelen uit onszelf! (mijn buren hebben het geweten 😉)
Een jubellied dus, om Gods Genade die de aarde vervult.
Na de eerste algemene jubel (str. 1 & 2), begint de psalmist met een loflied op de schepping, uiting van de Schepper. (str. 3 & 4) Een beweging die in het hele Bijbelse gebeuren erg belangrijk is en ook vandaag soms wel (mijn) aandacht vraagt: De schepping is natuurlijk mooi en ‘te bewonderen’, maar stoot ik van de ‘gave’ door naar de ‘Gever’?
Daarna zoomt hij in op één van die schepsels, de mens (“zijn aandacht gaat naar de kinderen van de mens”) (str. 5-7). Mooi om te zien hoe de jubel om de grootsheid van de schepping mag overgaan in jubel om de grootsheid van de mens. Of die mens dat zelf ook altijd ziet, is helaas een steeds terugkerend heikel probleem.
Nochtans zou er een grote rust kunnen uitgaan van ons vertrouwen in God. De laatste twee strofen bezingen dat en voelen voor mij erg bemoedigend aan: Gods oog, Gods Genade, rust op ons! (Ik doe er goed aan elke dag opnieuw dit stevig te laten tot mij doordringen!) Zo mag ook onze hoop rusten in hem!
Zo (proberend) levend IN hem, zal mijn hart een en al jubel zijn!