Verbonden Léven

Mt.9,18-26 (6/07/2020)

Terwijl Jezus eens tot de menigte sprak, kwam er een overste naar Hem toe, wierp zich voor Hem neer en zei:
'Mijn dochter is zojuist gestorven: maar kom haar de hand opleggen dan zal zij weer levend worden.'
Jezus stond op en ging met hem mee, vergezeld van zijn leerlingen. Plotseling naderde Hem van achter een vrouw die al twaalf jaar lang aan vloeiingen leed,
en raakte de zoom van zijn mantel aan. Want ze zei bij zichzelf: 'Als ik alleen maar zijn mantel kan aanraken, zal ik al genezen zijn.'
Maar Jezus keerde zich om, en toen Hij haar zag sprak Hij: 'Heb goede moed, dochter, jouw geloof heeft je genezen.'
En vanaf dat ogenblik was de vrouw gezond. Toen Jezus in het huis van de overste kwam en de fluitspelers en het misbaar makende volk zag sprak Hij:
'Gaat heen, want het meisje is niet gestorven maar slaapt.' Doch ze lachten Hem uit. Toen al dat volk buitengezet was, trad Hij naderbij,
greep haar hand en het meisje stond op. Het verhaal hiervan deed de ronde door heel die streek.

Een paar dingen vallen op:
Het gaat opnieuw over vertrouwen als basis voor genezing. (Je moet maar durven: al dood, en toch maar vragen om genezing; al 12 jaar ziek, en toch …)
Dat kan het eigen vertrouwen zijn, maar blijkbaar ook plaatsvervangend door iemand die echt om de zieke/dode geeft.
Beide situaties gaan om onreinheid (Joden die een dode of bloedvloeiende vrouw aanraakten, waren onrein en werden een tijd uit de synagoge geweerd) –
waar Jezus zich niets van aantrekt! Hij ziet het lijden van de mens, niet diens aangepraate onaanraakbaarheid.
Hij raakt ze wél aan / laat zich aanraken en gaat een intiem gesprek met hen aan. Hoe helend!
De eenvoud waarmee dat alles gebeurt. (Midden een gedoe dat gemakkelijk zijn aandacht had kunnen afleiden, maar neen: zijn oog en hart valt op de mens in nood.)
Geen ‘misbaar’, geen ‘omhaal van woorden’, geen ‘kijk eens naar mij’, maar enkel dat ene woord en gebaar, dat kleine goede dat voor de ander een wereld van verschil maakt.