Verbonden Léven

Lc. 11,37-41 (13/10/2020)

Nadat Jezus zo sprak, vroeg een Farizeeër of hij bij hem wou komen eten.
Hij kwam het huis binnen en ging meteen aanliggen.
De Farizeeër merkte dit op en verwonderde zich dat hij vóór de maaltijd niet eerst zich [de handen]
waste [zoals een door de Farizeeën opgelegde regel het stelde].
Maar de heer zei tot hem:
“En jullie dan?!
Jullie Farizeeën reinigen wel de buitenkant van beker en bord,
maar jullie binnenkant is vol hebzucht en slechtheid!
Stukken onverstand!
Heeft hij die de buitenkant maakte ook niet de binnenkant gemaakt?
Geef dus liever de binnenkant in barmhartigheid,
dan zul je zien dat alles rein is.”

Zou jij durven zo uitvaren tegen je gastheer en zijn vrienden?
Het is eigenlijk meteen een ‘bewijs’ van waar Jezus hier op doelt:
Voor de Farizeeën (alleen zij?) was het: Als ik maar genoeg de uiterlijke regels volg, kom ik vanzelf aan de binnenkant uit.
Jezus zegt (en niet toevallig moet hij dat iedere generatie opnieuw zeggen): Nee, dat klopt niet.
Het draagt zelfs het risico om dubbelzinnig te worden. Het is ongetwijfeld goed om voor die ‘buitenkant’ te zorgen,
maar je zult er niet automatisch mee aan de ‘binnenkant’ uitkomen. Nee, het wezenlijke is de binnenkant, dáár moet je starten –
en dat zal zich dan wel vertalen in de buitenkant.
Die ‘wezenlijke binnenkant’ is voor Jezus: je liefde voor, je Verbinding met G-d.
Later zei Augustinus: “Bemin (G-d), en doe wat je wil!” Start je écht vanuit deze binnenkant, dan zal wat er ook naar buiten komt, Go(e)d zijn!
En dáárom had Jezus de vrij-moedigheid de Farizeeën te wijzen op dubbelzinnigheden in hun leer.
Laten we vandaag dus starten bij ‘de binnenkant’ en uitkomen bij ‘de buitenkant’! – Of: Bemin, en doe wat je wil!