Verbonden Léven

Lc. 6,43-49 (12/09/2020)

Jezus zei tot de menigte: ’Er is geen mooie boom die zieke vrucht draagt, en evenmin een zieke boom die mooie vrucht draagt.
Want iedere boom is herkenbaar aan zijn eigen vrucht. Van een doornstruik plukt men geen vijgen en van een braamstruik oogst men geen druiven.
Een goed mens haalt uit de voorraad van zijn goede hart het goede tevoorschijn, en een slecht mens uit zijn slechte hart het slechte;
want waar iemands hart vol van is, daarvan spreekt zijn mond.
Waarom roepen jullie Heer! Heer! tegen mij en doen jullie niet wat ik zeg? Iedereen die bij mij komt, mij hoort en doet wat ik zeg –
ik zal jullie laten zien op wie zo iemand lijkt. Hij lijkt op iemand die bij het bouwen van zijn huis een diep gat groef en de fundering op de rots legde.
Toen kwam er een overstroming en de rivier beukte tegen het huis, maar kon het niet aan het wankelen brengen, want het was goed gebouwd.
Maar wie hoort en niet doet, lijkt op iemand die een huis zomaar op de grond bouwde, zonder fundering:
de rivier beukte ertegen en meteen stortte het in, en dat huis werd één grote ruïne.’

De vlakterede van Lucas eindigt met een lastige uitdaging aan ons adres.
Er zijn daar op die vlakte – en in de boot op het meer – heel wat woorden gesproken. Vele verhalen en gelijkenissen werden er verteld.
De vraag is: wat ga ík daar nu mee doen?
Voeg ik de daad bij het woord? Maak ik, in mijn leven, de keuze om écht te horen (naar zijn woorden) én waarachtig te handelen (vanuit de schat van goedheid).
Of blijven het mooie, vrijblijvende verhaaltjes? Aan ieder van ons de keuze.
De scheidingslijn ligt ergens midden tussen ‘horen en niet doen’ en ‘horen en doen’.
Maar zijn Woorden laten doordringen tot in je handelen, gaat niet zomaar. Daarvoor is een stevig fundament nodig.
Een diep verankerd fundament of een fundamenteel G-dsvertrouwen. Dat geeft je de nodige draagkracht en weerbaarheid.
Vanuit dat vertrouwen zullen Jezus woorden verinnerlijkt, herkauwd en doorleefd kunnen worden. Daar mag je zeker van zijn!
Jezus zelf heeft het immers voorgeleefd, waargemaakt. Hij heeft de Woorden gemaakt tot een doorleefde realiteit.