Verbonden Léven

Joh. 15,9-17 (14/05/2020)

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: 'Zoals de Vader mij heeft liefgehad zo heb ook ik u liefgehad.
Blijft in mijn liefde. Als gij mijn geboden onderhoudt zult gij in mijn liefde blijven, gelijk ik,
die de geboden van mijn Vader heb onderhouden in zijn liefde blijf. Dit zeg ik u opdat mijn vreugde in u moge zijn
en uw vreugde volkomen moge worden. Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt zoals ik u heb liefgehad.
Geen groter liefde kan iemand hebben dan deze, dat hij zijn leven geeft voor zijn vrienden.
Gij zijt mijn vrienden als gij doet wat ik u gebied. Ik noem u geen dienaars meer want de dienaar weet niet wat zijn heer doet,
maar u heb ik vrienden genoemd want ik heb u alles meegedeeld wat ik van de Vader heb gehoord.
Niet gij hebt mij uitgekozen maar ik u, en ik heb u de taak gegeven op tocht te gaan en vruchten voort te brengen
die blijvend mogen zijn. Dan zal de Vader u geven al wat gij hem in mijn naam vraagt. Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt.'

Opnieuw hebben we het voor, twee dagen na elkaar hetzelfde evangelie (alleen beginnen we vandaag enkele verzen vroeger dan morgen).
14 mei is ook het feest van de apostel Mattias dus willen we graag kort iets vertellen over deze man. Hieronder dus een iets langere commentaar die voor twee dagen geldt.
Over de apostel Mattias is maar weinig geweten. Hij is een toeschouwer op de achtergrond, één van de 72 die Jezus 2 aan 2 voor zich uitgezonden heeft.
Hij volgt, kijkt en luistert van op afstand. Zonder Judas zou hij een onbekende gebleven zijn. Maar nu Judas van het toneel verdwenen is wil Petrus dat een ander zijn plaats inneemt.
Een ongewoon moeilijke taak krijgt deze plaatsvervanger. Hij zal de leegte moeten opvullen die veroorzaakt werd door de ontrouw, het verraad van een ander.
Het lot valt op Mattias (=Gods geschenk). Net als de andere apostelen gaat hij vervuld van de heilige Geest op weg om te verkondigen over Jezus’ Liefde en trouw.

En die Liefde vormt ook de grondtoon van het Evangelie. Liefde van de Vader voor de Zoon en Liefde van de Zoon voor ieder van ons.
Met daarbij de uitdrukkelijke uitnodiging om te blijven, te zijn, te vertoeven, te wonen in die Liefde. Misschien is dat wel de grootste uitdaging,
het uithouden in die Liefde, tijd nemen om te zijn, om verbonden te blijven met Jezus’ leven. Tijd nemen om zijn doen en laten te leren kennen, zijn hartslag, zijn passie.
Jezelf compleet te laten overdonderen door zijn Liefde. Dat is het vertrekpunt om, wonend in die Liefde, de ander lief hebben, je leven te geven.
Daarbij ook weet hebbend van het feit dat het initiatief hiervoor niet bij jou ligt maar van elders komt. Hij is het die jou graag ziet
en jou op weg zet om net als hij liefdevol te leven. Het is hij die jou met al jouw kwetsuren en onhebbelijkheden graag ziet en zegt:
Ik zie je graag zoals je bent, doe jij ook zo met je naaste. Hij nodigt jou uit tot een liefdes-relatie, tot verbondenheid en vraagt:
“Leer mij kennen ,meer en meer, en je zal ervaren dat ik jou graag zie. Zo zal je leven verbonden met mij en leven geven, jouw leven.”